WIJ WILLEN DE WERELD VEROVEREN, OF ALLESZINS TOCH ZEKER MONGOLIÊ
Als jonge punkers in het Antwerpen van de jaren ‘90 vinden Gregor ‘Terror’ Engelen en Mukti Gabriels elkaar in een hele rits punk en hardcore bands. Pakweg 15 jaar later zijn de punks van toen uitgegroeid tot de spil van de Antwerp Gipsy-Ska Orchestra, een 7-koppige band die met debuut ‘Tutilegal’ uit 2007 half Europa platspeelde en het respect afdwong van Oost-Europese bands en festivalorganisatoren. Op opvolger ‘I Lumia Mo Kher’ gaat de band niet 1, maar 3 stappen verder en wordt gespeeld met genres en invloeden.
Wij hebben afgesproken met gitarist Mukti in thuishaven Antwerpen – Gregor is ondertussen New York aan het prospecteren ( je bent DIY of je bent het niet). Toetsenist Suki, de eni
Jullie waren al een tijd bezig toen jullie debuut ‘Tutilegal’ uitkwam in 2007, maar van dan af is de kar wel echt beginnen rollen voor jullie.
Mukti: “Ja, we hebben ook echt hard gewerkt. We hadden ook niet gedacht dat het vooral in Nederland zo hard zou gaan, want daar zijn we ondertussen vrij bekend en staan we hoog op festivalaffiches. Ze dachten daar dat wij in België net zo bekend zijn als in Nederland, wat totaal niet het geval is. Dat komt voor een stuk ook omdat daar een jaar of 4, 5 geleden een serieuze hype was rond zigeunermuziek, met Balkan Beat Box enzo, en op die golf hebben wij een serieus stuk kunnen mee surfen. Een jaar of drie geleden is er dan een en ander beginnen bewegen in Duitsland en van daar uit zijn er sinds een jaar of twee ook weer dingen beginnen bijkomen, met het Sziget Festival in Boedapest als hoogtepunt (Het Sziget –festival vindt plaats op een eiland – Sziget betekent ‘eiland’ in het Hongaars – in de Donau bij Boedapest, duurt een week en lokt jaarlijks zo’n 400’000 bezoekers, mc). ’t Is niet zo dat we met ons gat in de boter zijn gevallen, we hebben zelf heel hard geïnvesteerd voor ieder nieuw succes en stap voor stap de dingen uitgebouwd, door bijvoorbeeld zelf in Duitsland een boeker te gaan zoeken en ons daar letterlijk te gaan voorstellen. Dat brengt op dat moment omzeggens niets op, maar op langere termijn heeft het wel resultaat opgeleverd, al is het in Duitsland nog niet wat het is in Nederland. ”
VIES VAN GELD
Je eigen roots liggen in de anarcho-punkscene hier in Antwerpen, een omgeving die misschien ook wel wat gelijkenissen vertoont met de Roma-cultuur ?
Mukti: “Voor een stuk wel ja. ’t Komt allebei neer op een mentaliteit waarbij je eigen wetten maakt, maar er zijn ook serieuze verschillen. Binnen die anarchistische kring geldt een absoluut democratisch principe, waarbij alle beslissingen samen, binnen een groep, worden gemakt, terwijl de Roma’s juist een heel sterke hiërarchie kennen. Nu, ik wil ons ook geen echte anarchisten meer noemen, anders zouden we niet zo hard bezig zijn om dit allemaal te realiseren. Ondertussen zijn we allemaal een beetje volwassener en planmatiger bezig, en het is wel de bedoeling dat we van onze muziek kunnen leven. Toen ik nog bij Belgian Asociality speelde, kregen we soms het verwijt van jonge punkers dat het vies was om geld te verdienen, dat was echt taboe. Sorry, maar wat is het alternatief? Ergens tegen je zin in een fabriek gaan werken of achter een bureau gaan zitten, omdat je dan als punker of muzikant recht in je schoenen staat? Ik vind het fijner om de choco op mijn boterham te kunnen betalen van mijn muziek dan dat ik iets anders moet gaan doen.”
Wellicht is het voor jullie niet zo uitgesproken, maar je zou kunnen zeggen dat de keuze voor Romamuziek en jullie interesse voor de Romacultuur haast een politieke stellingname is. Er heerst een bijzonder negatieve beeldvorming rond Romazigeuners, hier en bijna overal elders in Europa.
Mukti: “Zeker. Nu, in linkse media en in linkse milieus is die beeldvorming een heel stuk genuanceerder. Zelf, vanuit mijn achtergrond in de punkscene, heb ik het idee dat er een verschuiving bezig is van boze linkse mensen naar blije linkse mensen. Punk heeft altijd een zekere negativiteit en kwaadheid in zich en een belangrijk deel van de identiteit is dat het anti dit en anti dat is, maar ik heb het gevoel dat daar stilaan verandering in komt. Dat is denk ik ook de kracht van deze groep. Het is absoluut het een leuke manier om een statement te maken zonder negatief te zijn, dat je vertrekt vanuit je interesse voor muziek om een positief verhaal te brengen. Niet dat ik denk dat die ingesteldheid zo’n grote impact zal hebben op de maatschappij, want mensen die echt hun neus ophalen voor zigeuners, komen wij bijna nooit tegen. Ook als wij in Roemenië spelen of zelfs op Sziget horen wij van die bands ginder dat ze zelf dikwijls nog vies worden bekeken door hun eigen omgeving. Met die muziek maken we daar wel iets positiefs van, maar het blijft wel een beetje preken voor eigen parochie.”
Muziek! Als je de twee albums na elkaar beluistert, hoor je duidelijke verschillen. Op het debuut hoor je een groep die de zigeunermuziek met beide armen omarmt en er zich met veel respect in onderdompelt, terwijl je op de nieuwe plaat een groep hoort die vanuit die zelfde liefde een stap verder heeft gezet en is gaan experimenteren, met verschillende genres speelt en zich bitter weinig aantrekt van regeltjes en verwachtingspatronen.
Mukti: “Dat is een goede omschrijving. In het begin probeerden we echt om onze weg te vinden in die muziek. De meesten van ons zijn niet grootgebracht met zigeunermuziek, maar hebben die op een gegeven moment ontdekt. Daarom ook dat we nooit echt geprobeerd hebben om die muziek letterlijk te imiteren, omdat we er altijd van uitgaan dat we dat niet kunnen, en dat wat wij doen altijd een interpretatie blijft van die muziek. Eens we onze fond hadden gevonden, zijn we meer beginnen uitproberen. Na een tijdje treedt er sowieso een soort vermoeidheid op om steeds dezelfde dingen te doen en traditionals te blijven spelen. Gelukkig zat iedereen in de groep wat dat betreft op dezelfde golflengte en was het voor iedereen duidelijk dat die uitstapjes en experimenteren nodig waren om de frisheid erin te houden. ”
MACHOCULTUUR
Ondertussen is Suki toch gearriveerd, waardoor we hem meteen een vraag kunnen voorschotelen.
Gregor schrijft en zingt de teksten. Ik stel me voor dat jij dan als klankbord fungeert?
Suki: “Klopt. Gregor neemt het allemaal heel serieus, dus komt hij me altijd vragen of wat hij zingt klopt, want hij staat erop dat alles juist zit. Ik heb daar veel respect voor, want Roma is een erg moeilijke taal, en bovendien kennen we onze eigen taal zelf niet. Er bestaan geen neergeschreven regels over woordenschat en spraakkunst en je hebt veel verschillende dialecten, waardoor de taal verandert van streek tot streek.”
Suki, daarnet kwam ter sprake dat er binnen de Roma cultuur veel respect bestaat voor traditie en hiërarchie. Was het voor jou moeilijk om je aan te passen aan die mentaliteit van experimenteren en genres vermengen?
Suki: “Nee. Doordat ik al een hele tijd bij deze groep zit, heb ik geleerd om op een andere manier naar de zaken te kijken. Ik kwam in contact met andere muziek, met een andere manier van denken over bepaalde zaken en dat heeft mijn blikveld enorm verruimd. Ik was vroeger in veel opzichten een echte Roma: ik stond op onze tradities en stelde me geen vragen bij de strikte hiërarchie binnen onze gemeenschap. De Romacultuur is erg gesloten en op zichzelf gesteld, wat natuurlijk het gevolg is van het feit dat we al eeuwenlang nergens thuishoren en met de nek worden aangekeken. Het is een dubbel gevoel: binnen onze gemeenschap heerst er veel trots over onze geschiedenis, onze tradities en onze waarden, maar naar buiten toe is er vooral schaamte en verlegenheid. Mensen durven bijna niet hardop zeggen dat ze Roma zijn, omdat ze bang zijn voor de reacties. Dat zat ook heel hard in mij, maar doordat ik als 18, 19-jarige bij hen ben gaan spelen, ben ik ook mee gegroeid met de rest van de groep. Ze hebben mij voor een deel mee opgevoed.”
Mukti: (tot Suki) “Binnen deze groep spelen stuk voor stuk heel goeie muzikanten, die allemaal vanuit hun eigen achtergrond een inbreng hebben in onze sound. Roma muziek is echte feestmuziek: veel tempo, melodie en ritme. Toen we in het begin al eens wat reggae of ska lieten horen, was je reactie wel nogal snel van: “Dit is saai! Dat gaat te traag! Die muziek is vervelend!” Maar in de Roma cultuur bestaat ook een behoorlijke portie machismo. Muziek moet opzwepend zijn, veel energie uitstralen en opwekken en onder de mannen is het bijna een competitie om te laten zien: “hier sta ik”. Dat je muziek ook kunt gebruiken om andere emoties te tonen en dat muziek ingetogen en gevoelig kan zijn, komt daar vreemd over. Die ingesteldheid heb je na verloop van tijd wel veranderd.”
GEITENWOLLENSOK
En omgekeerd? Hoe heeft Suki jullie beïnvloed?
Mukti: “Da’s wel een goeie vraag. De eerste 3, 4 jaar van de groep had ik eigenlijk vrij weinig interesse in Gipsy muziek. Ik vond dat ook niet nodig, omdat iedereen zijn eigen inbreng had. Ik heb vrij lang mijn goesting gedaan binnen de groep en speelde gewoon wat skapartijen over de rest heen. Als autodidact was ik technisch ook wel beperkt, al is dat beginnen veranderen toen ik een paar jaar geleden jazzstudio ben gaan volgen. Nu is mijn technische bagage beter, maar het is ook door Suki beter te leren kennen als muzikant, maar vooral als vriend, dat ik zijn achtergrond en zijn muziek beter heb leren kennen en die voor mij is opengebloeid, waardoor ik ook zin kreeg om die muziek beter te leren spelen. Ik denk dat dit ook erg belangrijk was voor de groep en voor deze plaat. Je hoort heel goed de verschillende ideeën en stijlen, maar je hoort ook dat we als muzikanten naar elkaar zijn toegegroeid. Zonder die stap hadden we nooit kunnen staan waar we nu staan. ”
Tot slot: ‘I Lumia Mo Kher’ betekent zoveel als ‘de wereld is mijn huis.’ Dat idee komt ook sterk naar voren in het artwork van de plaat.
Mukti: “Ja, maar voor ons heeft die titel een dubbele betekenis. Uiteraard sluit de titel heel goed aan bij de zigeunercultuur en de punkattitude – geen grenzen, weet je wel, maar dat idee op zich klinkt zo suffig, zo geitenwollensokken. Daarom staat het voor ons ook voor de ambitie van deze groep. Niet dat wij de wereld willen veroveren, maar we willen wel zo ver mogelijk geraken met de band. Dat mag je overigens letterlijk interpreteren, want deze zomer spelen we op een festival in Rusland, vlak aan de grens met Mongolië. Als ik daarbij stilsta, vind ik het toch straf dat wij het als Belgisch groepke tot ginder hebben geschopt en ik ben er ook redelijk zeker van dat zoiets uniek is.”